Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [14]Hij stelde ook de gelijkenis van een [15]gesneden beeld, die hij gemaakt had, in het huis Gods, van hetwelk God gezegd had [16]tot David en tot zijn zoon Salomo: In dit huis, en te Jeruzalem, dat Ik uit alle stammen van Israel verkoren heb, zal Ik Mijn Naam zetten tot in eeuwigheid. 14. Tegen Gods bevel; Ex.20:4; Lev.26:1; Deut.5:8, en Deut.16:22, enz. 15. Dit beeld wordt 2 Kon.21:7 genaamd het beeld van het bos, of bosgod, omdat het gestaan had in een afgodisch bos, hetwelk Manasse den afgoden ter ere gemaakt had. Zie boven, vs.3. 16. Zie boven, vs.4.